Van TikTok tot tekstbegrip: hoe de mediacultuur van kinderen hun leesstrategie beïnvloedt
In veel bovenbouwgroepen valt hetzelfde op: leerlingen lezen steeds sneller, maar begrijpen steeds minder diep. Ze zijn handig met tablets, kunnen razendsnel informatie vinden en navigeren moeiteloos door filmpjes, reels en korte berichten. Toch blijkt dat wanneer ze langere teksten moeten lezen, hun aandacht verslapt en hun begrip oppervlakkig blijft. Het is verleidelijk om dit te koppelen aan "slechte concentratie", maar de werkelijkheid is complexer.
Kinderen groeien op in een mediacultuur waarin informatie vooral kort, visueel en onmiddellijk is. De manier waarop ze dagelijks media gebruiken, beïnvloedt hun verwachtingen van informatie, hun aandachtsspanne en zelfs hun leesstrategie. Dit betekent niet dat TikTok of YouTube de oorzaak is van zwak leesbegrip. Het betekent wél dat leerlingen een ander leesprofiel ontwikkelen dan eerdere generaties. Begrijpend lezen vraagt daarom nieuwe inzichten en aangepaste didactiek.
In dit artikel onderzoeken we hoe de mediacultuur van kinderen hun leesgedrag verandert, welke valkuilen dit oplevert en hoe leerkrachten daarop kunnen inspelen.
Korte filmpjes, notificaties en snelle wisselingen van beeld zorgen voor een continue prikkelstroom. Voor het brein is dat aantrekkelijk: het krijgt telkens kleine beloningsprikkels. Diezelfde hersenen moeten daarna overschakelen naar een stilstaande tekst van 400 woorden met abstracte inhoud. Dat vraagt een andere vorm van aandacht, namelijk focus in plaats van prikkelgerichtheid.
Door het dagelijks mediagebruik ontwikkelen veel leerlingen:
Een voorkeur voor snelle informatieverwerking
Leerlingen zijn gewend dat informatie in enkele seconden duidelijk wordt. Bij leesteksten verwachten ze onbewust hetzelfde tempo.
Een lage tolerantie voor ambiguïteit
Online content legt meestal alles direct uit. Teksten doen dat niet; die vragen om inferentie en geduld. Dat botst.
Een fragmentarische manier van lezen
Kinderen scannen liever dan dat ze lineair lezen. Dat werkt prima voor headlines, maar niet voor complexere teksten.
Dit betekent dat leerlingen niet slecht lezen, maar anders. Hun voorkeursstrategie past alleen niet bij de eisen van begrijpend lezen op school.
Geef een groep 7-leerlingen een tekst van 500 woorden en observeer hoe ze beginnen. Veel leerlingen:
lezen de koppen
glijden vluchtig door alinea’s
zoeken visuele ankers zoals vetgedrukte woorden
stoppen zodra ze denken het antwoord gevonden te hebben
Dit gedrag komt overeen met hoe ze door socialmediaberichten swipen: ze vangen de kern op, maar missen de nuance.
Voorbeeld uit de klas:
Bij een tekst over het smelten van poolijs zoeken leerlingen direct naar cijfers die ze kunnen gebruiken voor een antwoord. De uitleg over oorzaak en gevolg, die verspreid staat door de tekst heen, blijft ongelezen. Het resultaat: een correct cijfer in het antwoord, maar een totaal verkeerde interpretatie van de boodschap.
Social media presenteren informatie vaak als hapklare brokken. Daardoor ontwikkelen kinderen de verwachting dat informatie eenvoudig is en dat de kern direct zichtbaar moet zijn. Schoolteksten vragen juist het tegenovergestelde: geduld, doordenken en het verbinden van ideeën.
Gevolgen hiervan in de klas:
Leerlingen willen te snel naar het antwoord
Ze zien vragen als zoekopdrachten, niet als denkvragen.
Complexe zinnen haken ze direct af
Een zin met meerdere bijzinnen voelt voor hen als "te veel moeite".
Ze nemen minder tijd om de tekst als geheel te verwerken
Daardoor zien ze verbanden en opbouw minder goed.
Het mediabrein wil snel succes; begrijpend lezen vraagt om vertraging. (Tip: lees ook over de kracht van misverstanden en hoe je de vaardigheden voor begrijpend lezen daarmee versterkt.)
Neem een tekst als:
"Wetenschappers onderzoeken hoe microplastics zich verspreiden via de voedselketen. Het onderzoek toont aan dat..."
Na de introductie haken sommige leerlingen af. Niet omdat het onderwerp moeilijk is, maar omdat er geen directe beloning komt zoals bij een video: geen humor, geen plot, geen visuele stimulatie. De tekst vraagt mentale inspanning zonder onmiddellijke payoff.
Leerlingen die veel visuele media gebruiken, hebben meer moeite met dit soort abstracte informatie omdat het brein daar actief beelden bij moet maken. Bij snelle media gebeurt dat automatisch: het beeld is al gemaakt.
Op platforms als TikTok, YouTube en Instagram bepalen algoritmes wat je ziet. Dat betekent dat leerlingen vooral content krijgen die aansluit op hun interesses. Dit versterkt twee leespatronen:
Selectief lezen
Ze zijn gewend te kunnen kiezen wat ze willen zien. Een schooltekst moeten lezen voelt dan als iets dat opgelegd wordt.
Bevestigingsvoorkeur
Ze zien vooral informatie die past bij wat ze al leuk of waar vinden. Teksten die hen uitdagen om anders te denken, ervaren ze als ingewikkeld of onprettig.
Dit heeft invloed op begrijpend lezen: leerlingen moeten opeens open staan voor informatie die ze niet zelf hebben geselecteerd. Dat is geen vanzelfsprekendheid meer.
De oplossing is niet om kinderen minder media te laten gebruiken. Wel is het belangrijk om hun mediapatronen te herkennen en daarop in te spelen.
Hieronder enkele concrete strategieën.
Leg expliciet uit dat verschillende informatiebronnen verschillende leesstijlen vragen.
Laat leerlingen ervaren hoe:
een video informatie anders presenteert dan een tekst
een tekst tijd nodig heeft
geduld onderdeel is van begrip
Maak dit niet moralistisch, maar inzichtelijk: het gaat om bewustwording, niet om afkeuring.
Net als bij sporten moet je uithoudingsvermogen trainen. Laat leerlingen:
langere teksten in stappen lezen
tussendoelen formuleren (waar ben ik nu, wat verwacht ik nog?)
hardop reflecteren op wat ze al begrijpen
Vergroot langzaamaan de complexiteit.
Begin lesmomenten soms met:
een korte video
infographic
foto
meme die het thema introduceert
Laat leerlingen daarna overstappen naar de tekst. Zo activeer je hun mediagewoontes, maar stuur je die dezelfde richting op als de lesdoelen.
Leerlingen zijn gewend aan een constante prikkelstroom. Denkpauzes helpen hen om de tekst te verwerken.
Voorbeeld van een denkpauze-opdracht:
"Lees de eerste alinea en schrijf één vraag op waarvan je hoopt dat de tekst die straks beantwoordt."
Dit vertraagt het lezen op een natuurlijke manier en maakt het denkend.
In plaats van moeilijke zinnen te vermijden, kun je ze juist gebruiken om denkvaardigheden te trainen.
Bijvoorbeeld:
Neem een ingewikkelde zin uit een tekst en laat leerlingen hem ontleden, visualiseren of in eigen woorden herschrijven. Zo leren ze dat complexiteit behapbaar kan worden.
De mediacultuur waarin kinderen opgroeien verandert de manier waarop ze lezen, denken en informatie verwerken. Dit is geen bedreiging, maar een uitdaging. Wie begrijpt hoe mediagebruik het leesgedrag van leerlingen beïnvloedt, kan betere keuzes maken in instructie, tekstkeuze en begeleiding.
Leerlingen hoeven niet te kiezen tussen TikTok en tekstbegrip. Ze moeten leren schakelen tussen verschillende manieren van informatie verwerken. Daarmee krijgen ze niet alleen meer grip op complexe teksten, maar ontwikkelen ze ook een vaardigheid die in de moderne informatiemaatschappij onmisbaar is. Want hoe leuk ook, uiteindelijk hebben ze gewoon een toets van Leerling in Beeld, IEP, Dia of Boom te maken.